Blog | BEX-bepaling melkvee is variabel, mogelijk minder voordeel dan verwacht
De Handreiking bedrijfsspecifieke excretie melkvee (Handreiking BEX) is bedoeld voor melkveehouders die willen afwijken van de standaard stikstof- en fosfaatexcretiewaarden voor melkvee zoals die in de Uitvoeringsregeling Meststoffenwet staan.
Wat is BEX?
BEX staat voor Bedrijfsspecifieke Excretie en is een methode om de hoeveelheid stikstof en fosfor die door vee op een bedrijf wordt geproduceerd, specifiek voor dat bedrijf te berekenen. De BEX-bepaling maakt deel uit van de KringloopWijzer.
Regionale voordelen en uitdagingen
In Zuid- en Oost-Nederland kan de BEX-bepaling vaak voordelen opleveren, omdat het vee daar relatief veel eiwitarm voedsel zoals maïs eet. Hierdoor kan het rantsoen nauwkeurig afgestemd worden op de eiwitbehoefte van de dieren. In Noord-Nederland bestaat het rantsoen van het vee meestal uit eiwitrijk gras, wat kan leiden tot een overschot aan eiwit. Hierdoor is het BEX-voordeel in Noord-Nederland vaak klein of zelfs negatief. Tot de komst van de KringloopWijzer werd de BEX-bepaling in deze regio dan ook weinig gebruikt omdat er weinig stikstofvoordeel mee behaald werd.
BEX-bepaling en meetgegevens
Voor de BEX-bepaling worden naast de geregistreerde voerstromen van krachtvoer en co-producten ook meetgegevens ingevoerd die betrekking hebben op gras- en maïskuilen. Deze meetgegevens zijn voor de RVO harde cijfers voor de berekening van gebruiksnormen.
Problemen met meetgegevens
Er ontstaan problemen wanneer de gemeten hoeveelheden van de maïs- en graskuilen afwijken van de werkelijke hoeveelheden. Bij de in hoge sleufsilo’s vast aangereden maïskuilen wordt de werkelijke hoeveelheid aanwezig product vaak onderschat, wat leidt tot een kleiner BEX-voordeel en hogere kosten voor mestafvoer. Dit komt doordat er op bedrijfsniveau meer mest moet worden afgevoerd en er minder mest overblijft om de gewassen optimaal te bemesten.
Bij graskuilen is het tegenovergestelde het geval: de werkelijke hoeveelheid wordt vaak overschat, waardoor op papier meer eiwitrijk gras wordt vervoederd dan in werkelijkheid. Dit leidt ook tot een kleiner of negatief BEX-voordeel.
Reactie van laboratoria
Diverse geaccrediteerde laboratoria die de ruwvoerkuilen analyseren, zijn op de hoogte van deze problemen. Ze geven aan dat het aan de melkveehouder is om aan te tonen dat de werkelijke hoeveelheid maïs in de silo afwijkt van de kuilanalyse.
Tip: wees kritisch
Belangrijk is om kritisch te zijn over wat er op papier staat en goed te kijken of dat overeenkomt met wat er daadwerkelijk is ingekuild. De cijfers kunnen dus afwijken van de daadwerkelijke kuilanalyse.
Vuistregel
Deel de op de ruwvoeranalyse vermelde hoeveelheid product en deel deze door het aantal hectares waarvan je product hebt ingekuild. Kijk vervolgens of deze opbrengst per hectare overeenkomt met de hoeveelheid opbrengst die je zelf hebt ingeschat of gemeten.
Neem gerust contact op
Heb je als melkveehouder hulp nodig? Schroom niet en neem contact op met Bram Quist via bram@bijvanbuiten.nl of bel +31 (0)475 - 49 44 07. Hij kan je hierin wegwijs maken.
overzicht